Kun je het je voorstellen, dat je een sprong van meer dan 22 meter over het water maakt? Dat is precies wat polsstokverspringer Jaco de Groot nog niet zo lang geleden deed. Hij sprong maar liefst 22,21 meter en verbeterde het oude Nederlandse record van Bart Helmholt daardoor met 57 centimeter.
Van hout naar carbon
Door die spectaculaire verbetering van het record is polsstokverspringen momenteel hot. Hoog tijd dus om eens wat nader kennis te maken met deze sport, die in het Fries fierljeppen wordt genoemd en die vroeger met houten stokken werd beoefend. Inmiddels is het materiaal flink verbeterd en springen de toppers met stokken van carbon.
Sprinter, turner en krachtsporter ineen
Bij polsstokverspringen moet je bedreven zijn in verschillende vaardigheden: je moet goed kunnen sprinten richting de polsstok, daarna goed kunnen klimmen om zo hoog mogelijk in de stok te komen en tot slot je gewicht zó goed kunnen verdelen, dat je zo ver mogelijk naar voren zwiept voor de afsprong. Goede fierljeppers hebben daardoor tegelijk de kwaliteiten van een sprinter, een turner en een krachtsporter nodig. Gaat er iets niet goed, dan is de kans groot dat je met een plons in het water belandt.
Kick
In Nederland zijn er op dit moment iets meer dan tweehonderd sporters die polsstokhoogspringen actief beoefenen. “De sport heeft een tijdje wat stilgestaan, maar door de nieuwe materialen springen we verder en groeit de sport ook”, zegt Didy Brokking, secretaris van polsstokvereniging Jaarsveld, in het AD. “Mensen zoeken toch ook naar sporten die een kick geven.”
Zelf leren springen
Wil je zelf eens kennismaken met polsstokverspringen? Dan kun je daarvoor, dankzij de toenemende populariteit, bij steeds meer verenigingen terecht. Je vindt die verenigingen op veel plekken in Friesland, maar ook in het midden van het land: behalve in Jaarsveld onder andere in Linschoten, Vlist en Stichtse Vecht.
Bron: AD.nl
Bron: Shutterstock