Een goed sportplan begint met de vraag waarom je eigenlijk sport. Welk doel wil je bereiken? Wil je een betere conditie, een strakker lijf, lekker buiten bezig zijn of nog iets anders? Een sportplan werkt pas als het is afgestemd op jouw persoonlijke doelen, behoeftes en conditie. Ook is het belangrijk dat je kiest voor activiteiten die je in het begin makkelijk kunt volhouden en later intensiever kunt maken als je meer aankan.
Wat past bij je?
Als je eerst goed nadenkt over deze vragen kun je beter een sport uitkiezen die bij je past: een buiten- of een binnensport, een individuele of een teamsport, een sport die meer op conditie en uithoudingsvermogen is gericht, waar de focus op kracht ligt of juist op ontspanning, enzovoort.
Wat vind je leuk?
De volgende belangrijke vraag is: wat vind je leuk? Sport je graag buiten? Dan is hardlopen, wielrennen, skaten of bootcamp wellicht iets voor jou. Ben je een echte teamplayer? Dan kun je bijvoorbeeld denken aan voetbal, volleybal, hockey of handbal. Vind je het gaaf om tijdens het sporten een adrenalinekick te krijgen? Kies dan bijvoorbeeld voor wind- of kitesurfen.
Doe de Sportwijzer
Vind je al die vragen moeilijk te beantwoorden? Doe dan de Sportwijzer hier op Sport.nl. De vragen lijken misschien een beetje vreemd omdat ze veelal niet direct over sporten gaan, maar de vragenlijst is gebaseerd op degelijk wetenschappelijk onderzoek. De moeite waard: wie weet komt er een advies uit rollen waar je zelf nog niet aan had gedacht.
Wat houd je vol?
De volgende stap is het maken van een trainingsschema. Kijk vooral of het doel dat je kiest realistisch is. Je kunt je wel voornemen om elke dag minimaal dertig minuten te sporten, maar ga je dat ook echt volhouden? Als je de lat voor jezelf te hoog legt, raak je sneller het plezier kwijt en is de kans groter dat je helemaal afhaakt. Drie keer per week twintig minuten wandelen is ook al een goed begin.
Plezier voorop
Juist om het sporten vol te houden is het zo belangrijk dat je iets kiest dat je leuk vindt om te doen en niet iets dat op het lijstje terechtkomt met dingen die je ‘ook nog moet doen’. Plezier moet voorop staan. Houd je er niet van om rond het sporten ook nog reistijd kwijt te zijn? Kies dan voor iets wat je thuis of vanuit huis kunt doen. Vind je het niet fijn om ook met regen en wind buiten te trainen? Kies dan voor een binnensport.
Verdiep je in jouw sport
Verdiep je ook verder in de sport die je kiest. Online is een schat aan informatie te vinden, bijvoorbeeld van bloggers en Facebookers die net zo enthousiast zijn over jouw favoriete sport als jij. En op Sport.nl natuurlijk. Motiveer elkaar om door te gaan, leg nieuwe contacten en wissel tips uit over kleding, training, apps en andere handigheidjes. Zo leer je niet alleen nieuwe mensen kennen, maar ontdek je ook hoe je nog meer uit je trainingen kunt halen waardoor ze nog leuker worden.
Pak de draad weer op
Er zijn natuurlijk altijd momenten dat het even tegenzit. Dat je toch niet bent gaan trainen, ook al had je het jezelf nog zo voorgenomen. Te vaak stoppen we maar helemaal met onze nieuwe sportroutine als we eenmaal één of twee weken hebben overgeslagen, omdat we denken dat ons trainingsschema nu toch al in de war is geschopt. Maar dat is helemaal niet waar. De eerste stap na zo’n dipje is om niet te streng voor jezelf te zijn. Het is helemaal niet erg dat je een paar trainingen hebt gemist of dat het een keer niet lekker liep. Kijk liever naar wat je allemaal al bereikt hebt en pak de draad gewoon weer op.
Vraag hulp
Merk je helemaal geen vooruitgang in je prestaties of bij het bereiken van je persoonlijke doel? Kijk dan eens of iemand anders je hierbij kan helpen, bijvoorbeeld een trainer die je nuttige tips kan geven of een sportmaatje dat je motiveert om samen voor een doel te gaan. Hulp vragen is niet altijd makkelijk, maar dingen samen doen gaat je heel erg helpen om je doel alsnog te bereiken.
Bron: Azumio.com
Foto: Shutterstock